Film: Programma III Experimentele Animatie
Colour box
Len Lye, 1935.
Deze film werd in opdracht van het General Post Office gemaakt en het reclameachtige wordt door de abstracte beelden, ritmisch bewogen op rumba muziek, geheel vermomd, terwijl de instructieve bedoeling hierdoor juist naar voren komt. Lye werkt niet altijd met de camera hij tekent ook figuren direct op de filmband.
Hen hop
Norman McLaren, 1942.
Een rechtstreeks met pen en inkt op celluloid getekende animatie, waarin een hen danst op Frans-Canadese en Schotse volkswijsjes.
Begone dull care
Norman McLaren, 1949,
Direct op film gebrachte vloelende lijnen en figuren op het ritme van een drietal jazzstukken van het Oscar Peterson-trio, af wisselend in snel en langzaam tempo.
Two bagatelles
Norman McLaren, 1952,
In deze film gebruikt McLaren zijn acteurs als het ware als poppen; door middel van montage ontstaat de cadans van zwevende en zich ijlings voortbewegende figuren.
Mosaic
Norman McLaren, 1965.
Mosaic zou een voorbeeld van cinematografische op-art genoemd kunnen worden. Zoals bijna alle op-art, is het strikt meetkundig van opbouw en non-figuratief, waarbij gebruik gemaakt wordt van snel golvende complementaire of contrasterende kleuren en van nasplegelende effecten.
Monsieur Téte
Jan Lenica, 1959,
Monsieur Téte is gericht tegen het conformisme. De man die zich verzet, komt in voortdurend conflict met de samenleving en stoot zijn hoofd net zo lang tot ook hij netjes in het gareel loopt. Tenslotte wordt hij zelfs
gedecoreerd, doch met elke decoratie verliest hij zijn eigen ‘gezicht’.
Aos
Yoji Kuri, 1964.
Aos brengt een wereld die niet in het teken van enig taboe staat; Kuri staat met deze film in de traditie van de Japanse pornografie: zonder schaamtegevoelens of verwikkelingen.
Au fou!
Yoji Kuri, 1966,
Au fou is een spectacle coupé van moord en zelfmoord in een samenleving waar geboden hulp desastreuze gevolgen heeft; er is niets gewoons en niets ongewoons aan de moorden en zelfmoorden, zlj gebeuren; zelfs degenen die gered schijnen vinden op het eind toch de dood.
What do you think?
Yoji Kuri, 1967,
Deze film bevat een collage van live-scénes en animatiefilm, een aaneenschakeling van wat zich gedurende tien minuten in het hoofd van de man afspeelt. De film bevat twee prachtige animatievondsten.
Continuous sound and image moments
Animatie: Tjebbe van Tijen en Geoffrey Shaw.
Nederland, 1967
Een kinetisch-grafisch-muzikaal experiment van een zeldzame indringendheid en een fascinerend ritme. Door het stoboscopische effect én door de begeleidende muziek van Willem Breuker wordt deze film tot een afmattende, maar dwingende, niet-loslatende gewaarwording.